Schrijf geen stuk vol 'stilstaand water', maar schotel je lezer een plotgedreven artikel voor. Hoe je dat doet, lees je in het net verschenen handboek Verhalende Journalistiek.
Veel journalisten werken nogal intuïtief. Ze gaan zonder vooropgezet verhaalidee op pad naar een ziekenhuisafdeling, een sporttoernooi of een politieke bijeenkomst. Ze komen terug met sfeertekeningen, observaties en quotes, die ze achter hun computer vaardig aan elkaar smeden. De belangrijkste informatie geven ze meteen weg.
Het resultaat is een schets, aangevuld met achtergrondinformatie.
Want in de meeste artikelen gebeurt niets. Het is op zijn best een tafereel met 'stilstaand water', schrijven Henk Blanken en Wim de Jong scherp in hun Handboek Verhalende Journalistiek. Niet perse slecht, maar het is geen stuk dat de lezer bij de kladden pakt.
In hun handboek doen Blanken en De Jong er alles aan om daar een einde aan te maken. Storytellers hebben immers een schat aan technieken in huis om een waargebeurd verhaal te vertellen dat de lezer wel meevoert. Nog niet eerder verscheen in Nederland zo'n omvattend boek over verhalende journalistiek met cruciale tips om de verhalende journalistiek een grote impuls te geven.
Schrijf vanuit een plot.
Want anders dan de meeste journalisten nu doen, werkt een verhalend journalist vanuit een plot. Hij heeft bij het schrijven van zijn stuk het einde al voor ogen. Stap voor stap stuwt hij de lezer naar dat einde toe.
Een goed verhaal heeft altijd actie nodig.
Het sterkst is daarbij een verhaal waarin de held zijn eigen probleem oplost, zonder hulp van iets of iemand van buitenaf. Gemakkelijk is het niet om zo te werk te gaan. Van de ingrediënten die een verteller nodig heeft om een plot te bouwen, ontbreekt er bij journalistiek altijd wel een. Met name ontbreekt bij veel nieuwsverhalen een ontknoping.
Veel artikelen gaan immers over vraagstukken waarvoor geen definitieve oplossing is: armoede, oorlogen, werkloosheid en ga zo maar door.
Journalistieke schrijvers die nog op zoek zijn naar een goed verhaal krijgen van de auteurs daarom een waardevolle tip: begin je verhaalidee bij het slot (een wetenschappelijke doorbraak, een briljante vondst, een vonnis) en ga vanaf dat punt terugzoeken. Zo heeft het verhaal in ieder geval een plot.
Van begin- tot eindredacteur.
Een mooie tip is ook om niet alleen een eindredacteur in te schakelen, maar ook een beginredacteur. Zo noemen de auteurs de persoon met wie de schrijver zijn halfbakken idee voor een reportage doorpraat totdat het uitgegroeid is tot een heel narratief plan. Wie is de hoofdpersoon? Wat is het conflict? Waar gaat het allemaal naartoe?
Zo weet de schrijver zich bij het begin van zijn expeditie zich al verzekerd van de juiste onderzoeksvragen. Des te groter is de kans dat hij met het goede materiaal terugkeert en een verhaal componeert dat er echt toe doet. Behalve vele praktische tips krijgt de lezer allerlei praktijkcases voorgeschoteld.
Beide auteurs - zelf gelauwerde journalisten - geven ruimhartig het woord aan jonge journalisten die met traditionele opvattingen breken en naar nieuwe wegen zoeken. Hun aanpak is directer, pakkender en dwingender. En ook gepassioneerder: het doorzettingsvermogen van verslaggevers als Lex Boon (die doordrong tot Roemeense kunstdieven) dwingt respect af.
De teksten in het handboek Verhalende Journalistiek lezen als een knikkerbaan.
Heerlijk om te lezen, want je belandt vlot van ene verhaallijn in de andere. De schrijvers houden enorm de vaart erin en schotelen de lezer steeds wisselende scenes voor: practice what you preach.
Om te laten zien hoe de verslaggeefsters Karin en Sheila Sitsalsing bij hun verhaal Eva's Stalker naar de juiste spanningsboog zoeken, rekken ook de auteurs hun beschrijving hiervan eindeloos op. Ik ken geen ander vakboek waarbij vorm en inhoud zo sterk bij elkaar aansluiten.
Wat levert verhalende journalistiek op?
Gek genoeg ontbreekt de lezer bijna helemaal in dit boek, terwijl deze hele aanpak toch bedoeld is om de lezer echt te bereiken en te boeien.
De vraag of verhalende journalistiek dat doel daadwerkelijk bereikt, wordt wel even opgeworpen, maar niet beantwoord. Terwijl dat juist belangrijk is, nu de journalistiek koortsig op zoek is naar manieren om te overleven.
Afgezien daarvan zal dit handboek gevorderde journalisten maar vooral nieuwe lichtingen schrijvers ongetwijfeld inspireren tot grootse en meeslepende verhalen. We kunnen ons op veel moois verheugen.
Boekgegevens:
Handboek verhalende journalistiek door Henk Blanken en Wim de Jong. Uitgeverij Atlas Contact, 2014.