Het allermoeilijkste onderdeel van storytelling
Er is een verschrikkelijk misverstand rondom het vertellen van verhalen. En dat ga ik vandaag uit de wereld helpen.
Dat misverstand heeft te maken met krassen, kreukels en kraaienpootjes. Of beter gezegd: het gebrek daaraan. In onze verhalen laten we graag zien dat we alles onder controle hebben. We tonen gladgestreken beelden waarin niets uit de toon valt.
In onze organisatie is het altijd mooi weer. We hebben geen last van teruglopende omzetten, minder aanmeldingen of geschrapte budgetten. En er wordt zeker geen ruzie gemaakt.
Wil jij een mooi-weer-verhaal lezen?
Ik moest daaraan denken bij het bekijken van de fotoportretten van Koos Breukel. Van zijn werk had het Haagse fotomuseum onlangs een prachtige expositie ingericht onder de titel Me We, the Circle of Life.
De foto's toonden een reeks van bekende en onbekende mensen, aan het begin van hun leven, in hun doodskist en in allerlei tussenliggende momenten. In hun gezichten las je verwachting en hoop, mildheid en berusting.
Bijna geen enkele glimlach, wel veel rimpels, littekens en groeven. Stuk voor stuk waren het indrukwekkende beelden.
Ik zag aan de medebezoekers dat zij net als ik geraakt waren.
Wel eigenaardig hoe het werkt met beeldtaal.
We voelen ons enorm aangetrokken tot dit soort beelden. Tegelijkertijd doen we ons best een mooiere versie van onszelf en ons werk te laten zien.
Die spanning fascineert me. Waarom is het zo moeilijk om beelden te laten zien waarin niet alle oneffenheden en krassen weg gepolijst zijn? Of verhalen te schrijven die vertellen wat er echt aan de hand is?
Artikelen die beslist niet gepubliceerd mogen worden.
Als het om schrijfwerk gaat, bemerk ik vaak dezelfde spanning. Laatst maakte ik een reportage over de oprichting van een nieuw samenwerkingsverband tussen een groot aantal verschillende organisaties. De koppen gingen flink tegen elkaar.
Als het leven zelf: zo gaat dat bij het vormen van een nieuwe club.
De organisaties vonden het geen probleem dat ik dit conflict beschreven had. Maar één zin moest helemaal uit de tekst geschrapt worden: dat de organisaties alweer een jaar bezig waren om dit samenwerkingsverband op poten te zetten.
Die zin kwam te negatief over. Erger nog: dat gaf de indruk dat ze al die tijd niets gedaan hadden. Wonderlijk vond ik dat. En erg jammer.
Sterker worden door zwak te zijn
Dat incident deed me denken aan het boek De kracht van kwetsbaarheid van Brené Brown. Dat is een ongelooflijk inspirerend boek.
Het verhaal dat we vertellen wordt alleen maar sterker als we laten zien dat we iets niet durven, niet kunnen of iets verzaakt hebben, schrijft ze. Het maakt ons menselijk.
Dat we de moed opbrengen om toch door te gaan, ondanks al onze zwakheden en geploeter, dat is de échte kracht. Ik denk dat het tonen van kwetsbaarheid het meest cruciale maar ook moeilijkste onderdeel van storytelling is.
Mensen willen hun verhaal wel vertellen, maar dan zonder te laten zien dat ze tobben, aarzelen, ruziemaken of op een andere manier voortploeteren.
Maar helaas.
Zonder crisismomenten, terugslag en vertwijfeling gaat het niet
Alleen als we ook de minder mooie kanten laten zien, is het echt en herkenbaar. Dan voelen we ons verbonden. En meer dan wat anders is verbondenheid waar we in wezen naar verlangen.
"Een band ontstaat alleen als we onszelf laten zien. Echt laten zien."- Brené Brown
Want uiteindelijk willen we niet een pantser van perfectie en controle om ons heen bouwen waar niemand doorheen kan breken. We willen gekend worden om de persoon die we zijn. Dat geeft het gevoel dat we bestaan.
Dat jij en ik ertoe doen.
Dat geldt ook voor de organisaties waarvoor we actief zijn. Me & We. Net als op de foto-expositie met die titel. Koos Breukel portretteerde de achterzijde van een jonge vrouw wier lichaam voor een groot deel verbrand was.
Bij alle geportretteerden stond hun beroep vermeld, bij haar stond revaliderende levensgenieter. Wat een moed. In haar allergrootste kwetsbaarheid maakte dit portret op mij de meeste indruk.
En jij? Wanneer ben jij echt geraakt?