Hoe bereik je als organisatie je publiek? De belangrijkste les van de Social Media Week in Rotterdam: denk als een mediamagnaat.
Deze week zijn grootgebruikers van sociale media bijeen op de Social Media Week in Rotterdam. Allemaal mensen die er op los twitteren, facebooken, foursquaren, snapchatten, instagrammen en nog veel meer.
Vaak doen ze dat namens allerlei merken, organisaties of ondernemers: van webshops en mkb'ers tot de rijksoverheid. En allemaal zijn ze op zoek naar zoveel mogelijk bereik om hun uiteenlopende doelen te bereiken.
Allerlei experts – met creatieve omschrijvingen als ‘social made entrepreneur’ – delen daarbij hun tips.
Want er is wel een probleem: (media-)consumenten hebben een denkbeeldige nee-nee-sticker op hun hoofd geplakt: nee, niet nóg meer informatie! Maar toch willen ze (en wijzelf ook) van alles meemaken, beleven en voelen... Hoe bereik je je publiek, hoe deel je verhalen en hoe laat je mensen aanhaken?
Enkele inzichten die ik deze week opdeed in Rotterdam wil ik dan ook graag met jou delen. Want of het nu op print of via sociale media is, het draait allemaal om verhalen: hoe je ze vangt, vormt en verspreidt.
1. Denk als een (social) mediamagnaat
Al staan we er niet dagelijks bij stil: we hebben allemaal dankzij internet geweldig veel mogelijkheden om onze verhalen vast te leggen en te delen. We bloggen, zetten filmpjes op YouTube, volgen elkaars belevenissen via Facebook en nog veel meer.
Daarmee zijn we allemaal uitgevers of programmamakers geworden, aldus Carlijn Postma van contentmarketingbureau The Post.
Als (sociale) mediamagnaat hebben we alle kanalen tot onze beschikking om verhalen te delen. Maar we moeten wel dingen om de gunst van de kijker. Dat vraagt ook om de bijbehorende mentaliteit: alleen programma’s maken waar mensen echt op zitten te wachten.
2. Denk niet in doelgroepen maar in publiek
Een mediamagnaat denkt daarbij niet in 'doelgroepen', maar in publiek. Hij moet wel: iedereen zit in zijn eigen virtuele bubble: mensen schermen informatie af. 'Zenden' naar doelgroepen heeft dus geen enkele zin.
“Het is erg arrogant van organisaties en merken om mensen in een doelgroephok te willen stoppen”, zei Carlijn Postma. “Het publiek beslist zelf wel over de toelating van informatie." Wat wel zinvol is: vindbaar zijn voor je publiek en waarde leveren, zodat jouw kijkers of luisteraars je opzoeken.
Zoek dus contact met mensen die jou toegang geven tot hun bubble. En helemaal mooi wordt het als jouw kijkers jouw programma’s gaan delen: dat is bubbleoverschrijdend communiceren.
3. Bepaal wat voor programmamaker jij bent
Vraag je af wat voor soort programma's jij als mediamagnaat maakt. Carlijn Postma vertaalt die vraag naar een tijdschrift: wat voor magazine ben jij? Een blad vol humor? Een vakblad? Een opiniemagazine? En welke rubrieken en bladpijlers horen daar dan bij?
Denk dus ook als een bladenmaker. En richt je in ieder geval op de gemeenschappelijke interesses van je publiek. Waarmee kun jij ze helpen of raken?
4. Zet in op meerdere kanalen
Denk daarbij multimediaal: het gaat niet alleen om klinkende tekst of verpletterend mooie foto’s. Als je een interview doet, neem dan ook met je smartphone een mini-filmpje op van een korte quote, tipte Carlijn Postma. Een perfecte trailer op Facebook voor een artikel op je website.
5. Schakel je eigen redacteuren in
Geef in een organisatie je medewerkers alle ruimte om op sociale media actief zijn.
De politie heeft er hele goede ervaringen mee. Er zijn al 1500 twitcops actief: buurtagenten die al twitterend laten zien waar ze voor staan, welke problemen ze oplossen en welke hulp ze nodig hebben van het publiek. En dat is nog maar het begin voor de politie: video's liggen in het verschiet.
De agenten hebben hun grenzen verkend bij het gebruik van sociale media, maar uiteindelijk draait het voor alle betrokkenen om vertrouwen en gezond verstand. “Als ik mijn agenten met een pistool de straat op kan sturen, dan kan het ook met een smartphone”, zei politiechef Martine Vis.
6. Zet het publiek aan het werk
Niets mooier dan het publiek in actie te brengen. Maar hoe 'activeer' je dat publiek dan? Minder snel te regelen dan de overige tips, want dat begint met het bouwen van een community. "Breng vooral de juiste mensen bij elkaar", zei Kirsten Wagenaar, adviseur community building.
Dat zijn mensen met gemeenschappelijke interesses, waarden, lifestyles en zo verder (en geen mensen die een bepaald product of dienst afnemen!) "Los zand valt niet te activeren. Door de juiste mensen erbij te betrekken is het belangrijkste werk al gedaan."
Martin Hoorweg van Kunsthal MaakMee in Rotterdam vertelde hoe het museum voor de expositie S.H.O.E.S het publiek ingezet had om deze expositie te kiezen, samen te stellen en nog veel meer. Dat leverde een explosie aan volgers op en maar liefst 1500 co-creators. "Luisteren naar ons publiek gaf ons veel positieve respons", vertelde hij.
Ook hier stond het publiek centraal, zoals de slogan direct duidelijk maakt: @kunsthal follows you. Bij het verzamelen van heel veel beeldmateriaal van schoenen zette de Kunsthal het publiek in.
Dat sloot aan op het advies van fotosoof Else Kramer. Zij tipte om thema-opdrachten te geven aan het publiek. Om te laten zien hoe dat werkt gaf ze ons een opdracht om een selfie te maken van onze pas, met iets van onszelf erbij.
7. Vertel persoonlijke verhalen
Elke mediamagnaat weet dat het publiek smult van human interest. Mensen willen weten wie er achter het twitteraccount zit. Maak het menselijk.
Zelfs NASA weet het ‘persoonlijk’ te maken, liet space ambassador Remco Timmermans van World Space Week zien via onderstaande foto. En geef het publiek aandacht. Bedank, deel hun materiaal, help en bemoedig. Zo worden ze ambassadeurs.
En dan nog iets: stap vooral niet in de slachtofferrol, zei communicatiestrateeg Martijn Beckers.
Klaag bijvoorbeeld nooit dat je publiek je niet snapt of dat je geen nieuwe donateurs meer krijgt. Een pruillip opzetten is het ergste wat een mediamagnaat kan doen, want het gaat niet om jou of je organisatie. Het publiek is de baas.