Je ziet alleen wat je kent. Hoe je handsensors en wolkenkrabbers volkomen kunt missen.
Soms zien we iets dat er altijd al was pas als je je ervan bewust wordt. Laatst had ik zo'n ervaring: een kennis vertelde over haar ergernis over verkeerspalen voor fietsers. Er waren in onze stad steeds meer palen waarbij je niet meer op een knop moet drukken, maar je hand op een sensor moet leggen.
“Handig,” dacht ik, maar bij haar werkte de sensor vaak niet. Ik luisterde en knikte, maar kon me zo’n paal niet voor de geest halen. Nooit gezien.
Toen ik haar huis fietste, tuurde ik op iedere kruising naar de palen. Overal zag ik de gebruikelijke drukknoppen, niets bijzonders.
Maar een paar dagen later viel me ineens iets op. Hé, dat is zo'n handpaal.
Vanaf dat moment leek de stad er ineens vol mee te staan.
Dit verschijnsel doet denken aan het verhaal* van een groep antropologen die ooit een film van Manhattan liet zien aan stamleden uit Papoea-Nieuw-Guinea. Voor deze mensen, die nooit buiten het oerwoud waren geweest, was de moderne Westerse wereld compleet onbekend terrein. De film toonde drukke straten, wolkenkrabbers, auto’s, bruggen – alles wat je zou verwachten in New York.
Toen de onderzoekers vroegen wat ze hadden gezien, kregen ze een verrassend antwoord van de stamleden: een kip. De wetenschappers keken elkaar verbaasd aan. Een kip? In een film over New York? Hadden ze wel goed gekeken?
Maar na herhaaldelijk de film afspelen, zagen de onderzoekers het ook: een heel kort fragment met een man die een kip droeg.
Dat was alles wat de oerwoudbewoners herkenden. Voor wolkenkrabbers of verkeersdrukte hadden ze simpelweg geen referentiekader. Net als ik bij die handknoppen.
Wat we niet kennen, wat niet in ons brein is opgeslagen of waar we niet mee bezig zijn, dat gaat aan ons voorbij. We zien alleen wat ons brein al herkent of als mogelijk beschouwt.
Pas als je bewustzijn verandert, verandert ook je waarneming.
In het verhaal van de handknoppen en de oerwoudbewoners zit een belangrijke les over creatief denken: soms zien we de mogelijkheden niet die er eigenlijk altijd al zijn. Creatieve ideeën en inzichten liggen vaak voor het oprapen, maar ze blijven buiten ons blikveld omdat ons brein zich alleen richt op wat het herkent of verwacht.
Creatief denken vraagt dan ook om een bewust verschuiven van die blik.
Zoals je je zintuigen kunt trainen om meer te zien, kun je ook je denken trainen om verder te kijken dan het vertrouwde. Door je blik open te stellen en bewust nieuwe prikkels toe te laten, kun je ineens patronen en mogelijkheden ontdekken die eerder onzichtbaar waren.
Dus, wat valt jou nog niet op?
Probeer eens met een frisse blik te kijken naar wat je als ‘bekend’ beschouwt, alsof je het voor de eerste keer ziet. Juist daar liggen vaak de mooiste verrassingen. Met ideeën die er altijd al waren maar die je nog niet eerder opmerkte.
* Bron: De kip in New York, column van Robert Dijkgraaf in NRC