Ontmasker je uitstelgedrag: herken jezelf in een van deze 5 innerlijke conflicten

Uitstelgedrag kan zich op verschillende manieren uiten en kent diepere psychologische oorzaken. Vaak komt het voort uit angst voor afwijzing, hoewel dat niet altijd direct zichtbaar is. 

Anne heeft grootse ideeën. Ze wil een eigen bedrijf starten, en in haar hoofd heeft ze het allemaal al uitgestippeld. Ze droomt over klanten, een mooie website en succes. 

Elke avond gaat ze zitten om eraan te beginnen. Maar in plaats van daadwerkelijk actie te ondernemen, verliest ze zich in het uitdenken van de beste strategieën, het mooiste logo en de meest creatieve manieren om zich te presenteren. "Het moet gewoon helemaal kloppen voordat ik begin," zegt ze steeds tegen zichzelf. 

Ondertussen blijven de praktische stappen uit. Elke dag dat ze haar droom voor zich uitschuift, groeit haar angst: "Wat als het niet zo geweldig wordt als ik denk?"

Dit gedrag komt voort uit tegenstrijdige gevoelens of gedachten die je van binnen ervaart en die ertoe leiden dat je niet in actie komt, zelfs als je dat wel zou willen. Het zijn manieren om jezelf te beschermen, vaak omdat je dat vroeger ooit zo geleerd hebt.

- Faalangst versus de wens om te slagen

Je wilt een taak goed doen, maar bent bang om fouten te maken. Je denkt teveel na over wat er allemaal mis kan gaan, waardoor je verlamd raakt. Je ziet vooral de obstakels, waardoor de moed je in de schoenen zakt. 

Dit leidt tot uitstel, omdat de angst om te falen sterker is dan de wens om te beginnen. 

- Perfectionisme versus iets afmaken

Je hebt een sterke behoefte om alles perfect te doen, maar weet dat dit onmogelijk is. Hierdoor stel je taken uit omdat niets ooit goed genoeg voelt. Tegelijkertijd voel je de behoefte om iets af te maken.

Uitstellen wordt een manier om jezelf te beschermen. Als je te laat begint, kun je altijd de omstandigheden de schuld geven in plaats van je eigen vaardigheden. 

- Autonomie versus angst voor kritiek

Je wilt je eigen beslissingen nemen en niet afhankelijk zijn van anderen, maar tegelijkertijd ben je bang voor wat mensen zullen denken als je iets fout doet. Dit kan ervoor zorgen dat je helemaal niets onderneemt. Het voelt alsof je je autonomie moet bewijzen door niet meteen te doen wat er van je gevraagd wordt. 

- Waardering versus eigen ruimte

Je zegt overal "ja" tegen om anderen te plezieren en te laten zien dat je betrouwbaar en hardwerkend bent. Je hebt een grote behoefte aan waardering. 

Tegelijkertijd voel je dat je daardoor weinig tijd overhoudt voor wat voor jou echt belangrijk is. Je hebt ook behoefte aan eigen ruimte, maar daar kom je niet aan toe.

- Angst voor afwijzing versus behoefte aan grenzen

Je bent bang dat als je "nee" zegt, mensen je niet meer leuk zullen vinden of je niet waarderen. Toch verlang je naar meer rust en ruimte voor jezelf, maar je durft die grenzen niet duidelijk aan te geven. 

Uitstel is een manier om jezelf te beschermen tegen mogelijke afwijzing of negatieve reacties. 

Deze innerlijke conflicten zorgen voor spanning in je hoofd.

Dat kan leiden tot verlamming of uitstelgedrag. Het herkennen van deze conflicten is vaak de eerste stap naar het doorbreken van dit gedrag. 

Als je merkt dat je vaak dingen uitstelt, kun je zelf stappen ondernemen om dit patroon te doorbreken. 

Hier zijn enkele dingen die je kunt doen: 

1. Probeer te ontdekken wanneer en waarom je uitstelt. 

Stel jezelf de vraag: "Wat houd me tegen om te beginnen?" Dit inzicht is cruciaal om tot ander gedrag te komen.

2. Zet kleine, haalbare stappen. 

Vaak voelt een taak groot en overweldigend, maar door de taak op te delen in kleine stappen wordt het makkelijker om te beginnen. Focus je eerst op de eerste stap, hoe klein die ook is. 

3. Wees niet te hard voor jezelf als je een keer uitstelt. 

Iedereen stelt wel eens iets uit. Wat belangrijk is, is dat je opnieuw begint zonder jezelf te veroordelen. 

4. Let op negatieve gedachten.

Denk aan: "Het moet perfect zijn" of "Ik kan dit niet". Vervang ze door realistische overtuigingen, zoals: "Goed genoeg is soms beter dan perfect" of "Ik hoef niet alles meteen te kunnen." 

5. Beloon jezelf voor vooruitgang. 

Vier simpelweg de momenten waarop je een taak hebt afgerond, hoe klein ook. Dit helpt je om gemotiveerd te blijven en uitstelgedrag minder aantrekkelijk te maken. 

6. Vertel iemand over je doelen.

En vraag of diegene je wil helpen om verantwoordelijk te blijven. Dit kan een vriend, familielid of coach zijn. Soms helpt het om te weten dat iemand anders ook op je rekent. 

7. Gebruik het woord willen in plaats van moeten. 

Moeten impliceert dat er een externe kracht beslist wat jij doet, terwijl het meestal zo is dat je jezelf druk oplegt om iets te doen. ‘Willen’ herinnert je eraan dat jij degene bent die bepaalt wat er in je leven gebeurt. 

8. Richt je op wat realistisch is in plaats van wat ideaal is. 

Streef niet naar de beste manier, maar ga op zoek naar de meest geschikte manier, binnen de gegeven randvoorwaarden, zoals de tijd die je ervoor hebt. 

9. Leer 'zijn' te waarderen, in plaats van 'doen'.

Door deze stappen te zetten, werk je aan een blijvende verandering. Het gaat erom dat je in beweging blijft, ook als je maar kleine stapjes zet.

Misschien wel de belangrijkste les: doe de dingen waar je net dat schepje extra zelfvertrouwen voor nodig hebt aan het begin van je dag. Op dat moment is het heel wat makkelijker om uitstelgedrag te doorbreken dan wanneer je energie al bijna op is. Want dan moet je nog eens een extra mentale inspanning leveren om het toch te gaan doen.

Succes!









Bronnen: 

  • Sapadin, L. and Maguire,J., It’s about time!: the six styles of procrastination and how to overcome them, Penguin Books, New York, 1997 
  • Burka, J.B., Yuen, L.M., Procrastination: why you do it and what to do about it, Perseus Books, Reading, Massachusetts, 1983