Meer verhaalkracht? Duik de parels op
Het gebruik van verhalen helpt organisaties vooruit. Zoek daarbij naar kleine parels, want die hebben een grotere verhaalkracht dan succesverhalen.
Jouw organisatie heeft een geweldige benefiet-actie gehouden of een groots event georganiseerd. Er is altijd wel een deelnemer die er enthousiast foto’s van maakt en de opbrengsten deelt via de website, sociale media of de pers.
Meestal staat in de bijbehorende tekst beschreven dat de actie een groot succes was.
- Is dit het verhaal waardoor mensen een warm gevoel krijgen over jouw organisatie?
- Haken nieuwe mensen aan?
- Is dit de juiste manier om je organisatie eigentijdser en relevanter te maken?
Interessante vragen waar heel wat organisaties mee worstelen. Ze voelen wel dat het het niet genoeg is om succesverhalen te delen. Maar het is behoorlijk lastig om uit te vogelen hoe je dat dan precies doet.
Hoe vertel je bijvoorbeeld over liefdevolle verzorging?
Een poos geleden draaide ik mee in een projectgroep om geld in te zamelen voor een bijzonder hospice in onze stad. In dit ‘bijna-thuis-huis’ krijgen gastbewoners een liefdevolle verzorging, zodat ze in alle rust afscheid kunnen nemen van het leven, hun naasten en anderen.
Voor de financiering is het hospice de laatste jaren sterk afhankelijk geworden van particuliere geldgevers. Er was daarom extra geld nodig.
Als projectgroep vroegen we ons af hoe je zoiets persoonlijks en kleinschaligs als een hospice daarbij goed voor het voetlicht brengt. Verhalen die de dood raken, schreeuw je immers niet van de daken. Onze eerste gedachte was om een grandioze benefietavond te organiseren met indrukwekkende optredens op een tot de verbeelding sprekende locatie.
Bij het maken van de plannen buitelden de ideeën over elkaar heen. Daarna gingen we energiek aan de slag om contacten te leggen met sprekers en artiesten, een prachtige zaal te regelen en een lijst met interessante gasten te maken.
Gaandeweg kregen we echter het gevoel dat er iets niet klopte. De kracht van dit hospice is de bijzondere gastvrije en intieme sfeer van het huis. Iedere gast krijgt individuele aandacht en zorg. Daar hoorde helemaal geen megalomaan evenement bij vol glamour, stelden we vast.
Maar hoe pakten we dat dan aan?
Het verhaal over de tramchauffeur
Bij onze bijeenkomsten over deze benefietactie viel me op dat er bijzondere verhalen worden verteld in het hospice. Een van die verhalen ging over een gastbewoner die jarenlang tramchauffeur was geweest.
Bij het welkomstgesprek had deze nieuwe bewoner aangegeven dat hij heel graag een kamer aan de voorzijde van het huis wilde hebben om zijn laatste levensdagen door te brengen.
Aan de voorzijde hoorde hij iedere tien minuten een tram voorbijrijden. Zijn oud-collega’s wisten dat ook en groetten hem met de toeter als ze het hospice passeerden. Op een dag hoorde deze gastbewoner hoe een tramchauffeur zijn tram even tot stilstand bracht. Precies voor de deur van het hospice, hoewel daar helemaal geen halte is.
De deurbel klonk, een van de vrijwilligers deed open.
Korte tijd later reed de tram weer verder. Als groet liet hij nogmaals een korte claxon horen. Even later serveerde de vrijwilliger een portie haring bij de gastbewoner op de kamer. Vers aangeleverd uit de haven, persoonlijk bezorgd per tram.
Het waren precies dit soort verhalen die het hospice kon gebruiken om de bijzondere waarde van dit huis tot uiting te brengen.
De kleinschaligheid, de nabijheid van collega’s en de mogelijkheid om gewoon haring te eten in plaats van een opgewarmde hap van de centrale keuken van het verpleeghuis, dat was de bijzondere kracht van dit huis. Het was ook een tegendraads verhaal: in deze gastvrije wereld staan de gastbewoners centraal. Niet de systeemwereld, waar mensen zich maar te voegen hebben.
De intimiteit van het hospice is juist het pluspunt. En dat bracht ons op een idee om het heel anders aan te pakken dan we aanvankelijk dachten.
Hoe je mensen raakt.
Storytelling krijgt de laatste jaren enorm veel aandacht. Het heeft ook veel mensen in organisaties enthousiast gemaakt. Organisaties hebben vaak een rijke historie en dragen graag uit waarom ze opgericht zijn en wat hun mijlpalen waren.
Maar zal dat verhaal de leden en de andere partners met wie organisaties samenwerken echt lang boeien? Raken die verhalen de mensen in het hart?
Ik denk het niet. Een oude communicatiewet stelt dat de lezer of luisteraar alleen maar wil weten wat hij er zelf mee opschiet: what’s in it for me… Een verhaal over de ontstaansgeschiedenis en de mijlpalen geeft zelden een antwoord op die vraag.
Maar het kan ook anders: als je tenminste een ander perspectief kiest.
Deelnemers zijn de helden.
Want hoe anders is het als je niet de organisatie centraal zet in de verhalen, maar de leden, bewoners of andere mensen voor wie de organisatie is opgericht. Met deze deelnemers, gebruikers of afnemers kan de lezer zich vereenzelvigen. En als je het goed doet, zijn dit ook de verhalen die de lezer ontroeren, in beweging brengen of inspireren.
De organisatie speelt in de verhalen dus niet zelf de heldenrol, maar doet dienst als de helper. Dat lijkt erg bescheiden, maar helpers spelen een dankbare rol in verhalen. Je herkent ze als wijze oude man, zoals Perkamentus in de boeken over Harry Potter en Gandalf in The Lord of the Rings.
Ze schieten soms de hoofdpersoon met een geweer te hulp, zoals de jager in het sprookje van Roodkapje.
Of ze zijn de mentor die de hoofdpersoon met een ongebruikelijke methode tot nieuwe inzichten brengen, zoals de spraakleraar in de film The King’s Speech of Mr. Miyagi in Karate Kid.
Vaak zijn helpers zelfs cruciaal voor het succes van de superheld, zoals Q voor James Bond. Als je de focus legt op de rol van de helper, wordt het ook gemakkelijker om de verhalen in je organisatie te vinden die daarbij aansluiten.
Al deze verhalen geven samen kleur aan waar de organisatie voor staat. Storytelling gaat dus veel verder dan alleen maar het roemrijke verhaal over de ontstaansgeschiedenis te vertellen of de mooie successen te delen.
Verhalen zijn een belangrijk onderdeel van de complete manier van samenwerken. Ze voeden het hart van je organisatie en geven mensen het gevoel dat ze ‘bij de club’ willen horen.
Geen event, maar een superpersoonlijke benadering.
Hoe ging het verder met onze projectgroep voor de benefietavond voor het hospice? We besloten om het grootscheepse plan voor het gala in de ijskast te zetten. In plaats daarvan benaderden we diverse mensen uit het eigen netwerk van het hospice. Deze mensen kregen een uitnodiging om te komen ontbijten in het hospice: laagdrempelig, huiselijk en intiem.
Deze mensen namen op hun beurt een eigen gast mee met interesse in het hospice. Aan de ontbijttafel hadden de coördinatoren alle gelegenheid om meer te vertellen over onverwachte haringleveranciers en andere mensen die het hospice een warm hart toedragen. Op een ongedwongen manier deelden zij hun verhalen, waaruit hun enorme betrokkenheid naar voren kwam.
Dat maakte indruk op de gasten.
Met deze warme en persoonlijke aanpak kon het hospice diverse nieuwe donateurs verwelkomen. We richten onze aandacht vaak op de grote verhalen en de mooie successen. Maar de kleine verhalen zijn het krachtigst om mensen te raken en in beweging te brengen.
Vergeet de blingbling waar we als eksters vaak op af vliegen. Duik liever de kleine parels op en vertel de warme verhalen.