Mensen met idealen willen niet alleen wat roepen vanaf de zijlijn, maar zelf de handen uit de mouwen steken. Uit mijn talrijke gesprekken met leiders en bestuurders in het onderwijs en maatschappelijke instellingen hoor ik hoe gedreven ze zijn om echt iets voor elkaar te krijgen.
Zo sprak ik een wetenschapper die de aansluiting in het onderwijs wil verbeteren. Ik vraag altijd naar persoonlijke verhalen en krijg dan pareltjes te horen.
Want wat bleek? Ze had zelf een paar uiteenlopende afslagen gemaakt in haar loopbaan, waardoor haar cv eruitzag als een vreemdsoortige verzameling losse functies.
Pas op latere leeftijd was ze opnieuw gaan studeren en vervolgens promotieonderzoek gaan doen. Het had haar gebracht waar ze nu staat. En het had haar een gigantische drive opgeleverd om jongeren al vroeg ervan bewust te maken dat een carrière niet een rechte trap naar boven is, maar een klimrek met veel keuzemogelijkheden.
De verhalen van topmensen gaan nauwelijks over grootse vergezichten.
Natuurlijk kennen ze hun doelen, hun why, hun purpose. Ze hebben ook hun kernwaarden. Dat alles is super belangrijk.
Maar ze willen vooral op een praktische manier aan de slag, iets daadwerkelijk doen en het goed hebben met elkaar. Mensen de weg wijzen, praktische hulp bieden, bereikbaar zijn, uitleggen hoe het werkt in het (openbaar) bestuur en contacten onderhouden, daar gaat het hen vaak om.
Waar komt deze inzet van topbestuurders vandaan?
Ik hoor vaak fascinerende beweegredenen.
- Soms hebben ze van huis uit nooit kansen gekregen zich te ontwikkelen. Hun loopbaan is de manier om het goed te maken en de bijbehorende erkenning te krijgen.
- Een jongen uit een arbeidersgezin voltooide twee universitaire studies en een lerarenopleiding. Hij wil mensen uit een kansarme omgeving stimuleren om ook kansen te pakken.
- Een LTS'er klom op tot voorzitter van de Raad van Bestuur. Hij wil laten zien dat alles mogelijk is als je doorzettingsvermogen toont.
Ik kon het niet nalaten om uit hun verhalen enkele wijze lessen te destilleren. Zo doen ze het:
Geheime kracht 1: Jezelf zijn
Een bestuurder maakte een glanzende carrière in het openbaar bestuur, ondanks alle vooroordelen over vrouwen in haar omgeving. Ze deed het op haar eigen degelijke en standvastige manier en ging gewoon haar eigen weg. Ze wordt nu als topbestuurder zo gewaardeerd omdat ze toegankelijk en 'zichzelf' is gebleven.
Geheime kracht 2: Gastvrijheid
Ze halen mensen persoonlijk op in de ontvangstruimte in plaats van de secretaresse te sturen. Ze sturen persoonlijke appjes en blijven dicht bij zichzelf. Een bestuurder staat om haar zelfgebakken koekjes bij de bestuursvergadering, maar ook om de onverschrokken manier waarop ze zich uitspreekt als iets niet te verenigen is met haar waarden.
Geheime kracht 3: Contacten met iedereen
Deze bestuurders verblijven niet op een aparte verdieping met marmeren vloeren, hoewel ze daar op grond van hun positie recht op hebben. Ze weten dat het allemaal draait om contacten, contacten, contacten. Die contacten bouw je niet op als je op afstand zit. Voel je nooit beter dan de ander, dat is de les die ze vaak in hun jeugd al meegekregen hebben. Dat dragen ze nog steeds actief uit, in woord en daad.
Geheime kracht 4: Uithoudingsvermogen
Om die resultaten te behalen heb je als leider en bestuurder veel uithoudingsvermogen nodig. Sommige gesprekspartners hebben het zelfs over twintig jaar!
Volhouden en consistent doorgaan, dat is dan ook een belangrijke competentie. Ze moeten mensen soms teleurstellen of harde besluiten nemen. En dat kan alleen maar als je de horizon ziet waar je naar toe gaat.
Maar het uithoudingsvermogen levert hen ook veel op. Ze genieten van het netwerken en dingen voor elkaar krijgen. Ze krijgen de kans om van alles te leren, zoals debatteren. En ze krijgen toegang tot interessante persoonlijkheden, waar ze zelf ook weer veel van leren.
Geheime kracht 5: Naar de markt
Leiders op uiteenlopende posities krijgen veel naar hun hoofd geslingerd. Dat is allerminst gemakkelijk om mee om te gaan. Toch hanteren ze als leidraad om heel persoonlijk toegankelijk te blijven. Als de mensen je persoonlijk kennen, heb je als bestuurder veel minder last van negatieve reacties op sociale media, zo hebben ze geleerd.
Ze ontplooien daarvoor zelf allerlei activiteiten: spreekuren (ook op de markt, met zitbank en bakfiets) of houden uitgebreide series werkbezoeken (ook zonder actuele aanleiding).
Ze gaan vol interesse met mensen in gesprek en dragen daarbij ook actief hun eigen verhaal uit. Een topbestuurder vond het prima om tijdens haar zaterdagse boodschappenronde uitgebreid met dorpsgenoten in gesprek te gaan over allerlei knelpunten in hun leven, zoals bureaucratische obstakels.
Ook al had ze daar in haar eigen werk als topbestuurder niets mee van doen, ze wist altijd wel een tip te geven of mensen met elkaar in contact te brengen.
Deel je mobiele nummer.
Een mooie tip was ook deze (en die kwam eveneens van een topbestuurder): deel gewoon je mobiele nummer. Mensen bellen eerder te weinig dan te veel, was haar ervaring.
Waarom ze het op deze manier doen, heeft uiteindelijk toch alles met hun diepere drijfveren te maken en de wens om echt iets voor elkaar te krijgen. Niet te veel praten, maar gewoon doen.