Al sinds 1967 maakt Maria iedere dag haar engelenhaar-pasta. Vol toewijding, en uiteraard met de hand.
Dat lazen we op onze rondreis door Italië op de menukaart van een klein restaurant op het platteland. Uiteraard was Maria’s tajarin della tradizione, al ragú di pomodoro e vitello macinato de signature dish van dit restaurant.
Zoveel traditie, handgemaakt en ‘la mamma’ bij elkaar, als je een beetje op mij lijkt, ben je dan compleet verkocht.
Jij ook?
In Italië is pasta zelden gewoon pasta.
Iedere streek heeft zijn eigen soorten, zoals Bergamo met zijn Casoncelli alla Bergamasca, een ravioli gevuld met vlees. Langs de Ligurische kust dwepen ze met trenette. In Piemonte kregen we zijdezachte tortellini voorgeschoteld met ricotta en aubergine.
Het lijkt allemaal reuze authentiek voor ons als argeloze toeristen.
We willen echte en pure smaken, zongerijpt en direct van het land, uiteraard met de hoogste kwaliteit. En we geloven dat Italië die belofte over de simpele genoegens van het leven kan waarmaken.
Tijdens onze trip bezochten we ook het landbouwbedrijf La Vialla in Toscane, dat hier zijn businessmodel van heeft gemaakt. Dat leverde een boeiend kijkje achter de schermen op.
Het Italiaanse bedrijf verkoopt het verlangen naar puur en biologisch voedsel bijna exclusief aan Nederlanders en Duitsers.
Alleen dat al geeft te denken.
De wijn, de olijfolie en de tomatensaus worden geproduceerd in perfect gerestaureerde gebouwen van een oude boerderij, door medewerkers in roodgeblokte schorten.
De lunch bij La Vialla smaakte daarna meer dan fantastisch.
Wat meehielp: we zaten in een romantische tuin aan een lange tafel met een wit tafelkleed.
Takjes salie stonden nonchalant in glaasjes gerangschikt. Het fraai beschilderde servies was stijlvol maar ook verweerd genoeg om door te gaan voor bordjes uit oma’s servieskast.
We hadden een Italiaan in ons gezelschap, die het allemaal prachtig vond. Hij roemde de biologische visie van La Vialla en hoopte dat het bedrijf een voorbeeldfunctie zou vervullen in Italië.
Dat wij ons bij La Vialla figuranten voelden in een film over Het Hemelse Italiaanse Leven, dat vond hij wel amusant.
Het verlangen naar authenticiteit is een lastige droom.
Want op het moment dat authenticiteit op tafel komt, weet je dat ook oneerlijkheid en bedrog geserveerd worden, al is het misschien niet aan dezelfde tafel. Er is een complete industrie ontstaan rond eeuwenoude culinaire tradities die nog niet aangetast zijn door moderne voedselgrillen.
Die industrie creëert er zijn eigen verhalen bij over familietradities, authentieke smaken en jeugdherinneringen. Die verhalen gaat vooral over identiteit. Want als het gevoel van identiteit verwatert, creëren mensen nieuwe verhalen die als stichtingsmythe kunnen dienen.
En wat vertelden de rondleiders bij La Vialla?
Zij schotelden ons het verhaal voor over een familie die een oude vervallen boerderij weer tot leven heeft gewekt met biologische landbouw. En met moderne marketingmethoden, want de familie komt uit de textielwereld.
Op onze laatste dag in Italië verbleven we in een gehucht in Piemonte.
De Italiaanse buurman was de hele dag druk met het kleinsnijden van rozerode vleestomaten, die hij door een molen draaide. Daarna volgde de verwerking van eindeloze hoeveelheden uien en basilicum.
We genoten van de kruidige aroma’s die langsdreven. Tegelijkertijd vroegen we ons af waar zijn gigantische thuisproductie toe leidde.
Was dit soms meneer Bertolli?
Maar Bertolli is een internationaal merk van Enrico-Glasbest (en daarvoor Unilever) dat consumenten het gevoel van Italiaanse authenticiteit moet geven. De reclame van dit merk heeft ons wijs gemaakt dat het ware Italiaanse leven plaatsvindt aan lange tafels onder een afdak met druivenranken, net zoals bij La Vialla.
Ondertussen at onze buurman op deze snikhete avond liever binnen, onder een romantische TL-lamp. Zijn Jack Russell - uiteraard met de authentieke naam Jack - kwam bij ons om niet-Italiaans eten schooien, totdat de buurman met gevoel voor drama Vai a casa riep.
Als er huisproductie met authentieke ingrediënten plaatsvindt, denken wij aan een merk van de voedselindustrie.
Hoe ironisch.
Hoe meer je naar echtheid streeft, hoe kunstmatiger de wereld wordt.