Je kent vast wel de animatiefilms van Pixar, zoals Finding Nemo en Ratatouille. Alles loopt gesmeerd in deze films, of het altijd zo is geweest.
Maar niets is minder waar. Voordat Pixar wereldwijde successen boekte, moest Lucas Film - de voorloper van Pixar - heel wat moeilijkheden overwinnen om levensechte animaties te creëren.
Hoe dat ging is te lezen In het boek Creativity, Inc. Ed Catmull (de latere oprichter van Pixar Animation Studio's) beschrijft hierin hoe hij ervan droomde om een nieuw soort tekenfilm te ontwikkelen. Niet met potlood en papier, maar volledig met computers.
Begin jaren tachtig - de vroege dagen van computeranimatie - viel dat niet mee. De teamleden van Catmull worstelden met technische breinkrakers om de figuurtjes op een natuurlijke manier te laten bewegen.
Bovendien hadden ze een deadline, namelijk de belangrijke jaarlijkse conferentie voor computer graphics, SIGGRAPH in Minneapolis.
Met man en macht werkten ze aan een ultrakort filmpje over André, dat ze hier wilden vertonen. Technisch klopte het wel. Toch ontbrak er nog iets. Maar wat?
Daar konden ze niet de vinger op leggen.
Uiteindelijk kwam John Lasseter erbij, een doorgewinterde storytelling-expert van de Disney Studio’s. Hij stelde voor om een extra karakter toe te voegen aan het minifilmpje.
Het leek een ingreep van niks, maar het veranderde alles, schrijft Catmull in zijn boek. Want door de simpele toevoeging van één enkele tegenspeler kreeg het filmpje ineens een plot. En dat betekende ook emotionele spanning.
In 1984 werd de demo van The adventures of André and Wally B. voor het eerst vertoond. BINGO! Want precies die spanning pakte de aandacht van het publiek.
Daarmee werd geschiedenis geschreven. Want het minifilmpje staat nu te boek als de allereerste animatiefilm, die volledig gemaakt is met computers.
Pixar omarmt sindsdien een belangrijk principe: story is king. Oftewel: het verhaal staat altijd voorop, niet de technische kunstjes of de commerciële mogelijkheden.
Om een tekst tot leven te wekken moet je iets soortgelijks doen.
Met saaie stof of technische schrijftrucs gaat het je namelijk niet lukken om de harten van lezers te veroveren.
Met verhalen wel, áls er tenminste iets op het spel staat. Want zonder plot is een tekst 'stilstaand water', zoals ik dat ooit heb horen formuleren. En in verhaal-termen is dat geen compliment.
Dit is ook precies wat er vaak misgaat bij teksten die ik onder ogen krijg. Mooie anekdotes, maar te weinig verbanden. Interessante details, maar te weinig drama. Boeiende thema’s, maar geen spanningsboog.
Kortom, een plot is noodzakelijk om je lezer mee op avontuur te nemen en te laten plakken. Dus voeg een karakter toe als tegenspeler. Desnoods een volhardend onooglijk beestje met een nare angel.