Schrijven is voor veel mensen een zware klus. Terwijl het zo eenvoudig is om te schrijven met minder moeite: breek je schrijfopdracht in stukken.
Schrijven met minder moeite, is dat voor iedereen weggelegd?
Als eerstejaars studenten Nederlands werd ik ooit op pad gestuurd met een opdracht die niet zo moeilijk leek. “Kies een onderwerp en schrijf daar een artikel over van 3 A4-tjes. En spreek tijdens het schrijven je gedachten hardop uit.”
IJverig ging ik aan de slag met deze schrijfopdracht.
Terwijl ik hardop nadacht en zinnen noteerde, moest een medestudent mijn gedrag observeren en al mijn uitspraken opnemen. Zo kon hij achteraf een analyse maken van mijn schrijfstrategie.
Vervolgens keerden we de rollen om en bestudeerde ik de aanpak van mijn studiegenoot. Uit de analyses die wij van elkaar maakten, bleek dat iedereen enorm had zitten zwoegen.
Dat was raar. Als studenten Nederlands konden we toch best een leuk stukkie schrijven? Minstens zo ontluisterend: niemand had een briljant stuk geproduceerd. De teksten waren hoogstens als 'matig' te kwalificeren.
Bij de schrijfanalyse ontdekten we wat er aan de hand was.
Vrijwel iedereen was meteen begonnen met schrijven. En natuurlijk legde iedereen de lat hoog. Van mindmappen of andere inspiratietechnieken hadden we nog nooit gehoord.
We piekerden langdurig op een geweldige beginzin en begonnen vele malen opnieuw. Zin na zin krasten we door.
We maakten ons ondertussen hevige zorgen over onze schrijfstijl en de juiste spelling. De schrijftwijfel sloeg toe. Was deze tekst wel goed genoeg? Al met al groeide de frustratie en verdween de lust tot verder schrijven.
Ondanks al het geploeter heeft deze opdracht mij wel de ogen geopend.
Het ging mis omdat we in één keer een perfect stuk uit onze pen wilden laten vloeien. We voerden vele taken tegelijkertijd uit: ideeën vormen, richting zoeken, schrijven en eindredigeren. Dat is veel te veel voor ons brein.
Geen wonder dat we de schrijfopdracht zo verschrikkelijk moeizaam vonden. Het is makkelijker en uiteindelijk ook efficiënter om een schrijfopdracht op te delen in stukken.
Babystapjes. Dat geldt trouwens ook voor allerlei andere creatieve opdrachten.
Schrijven met minder moeite, dat werkt zo:
1. Verzamel informatie
Ga praten met andere mensen, doe onderzoek op internet, ga op zoek naar nieuwe prikkels, sla je aantekeningenboekje erop na en onderneem andere activiteiten om informatie te verzamelen. Denk na over je boodschap en de mensen die je tekst gaan lezen. Komen eerste gedachten bij je op over de tekst? Schrijf ze alvast op, want dan heb je een beginpunt.
2. Componeer een ruwe vorm
Schrijf in losse stukjes zonder je te bekommeren om inleiding, kern of slot.
3. Verfraai en verbeter
Maak een logisch geheel van de ruwe tekst. Kies voor één focus en schrap alles wat overbodig is. Wijd je vervolgens aan mooi schrijven: zoek naar betere formuleringen, voeg aantrekkelijke voorbeelden toe en gebruik aansprekende woorden.
4. Zet de puntjes op de i
Controleer nogmaals de gebruikte informatie op juistheid, let op de spelling, lees (hardop) na of de zinnen goed lopen, verfraai en verduidelijk. Bevat de tekst nog steeds één centraal onderwerp? Is het hele stuk in dezelfde stijl geschreven?
5. Slaap er een nacht over
Laat je werk een nacht liggen en kijk er de volgende ochtend met een frisse blik opnieuw naar. Vraag ook iemand anders om je schrijfwerk na te lezen. Een ander ziet altijd dingen in je tekst die je zelf over het hoofd ziet.
Schrijfwerk is niet in één keer perfect
Sinds ik op deze manier heb leren schrijven, is het voor mij vele malen makkelijker geworden. Het hoeft niet in één keer goed; liever niet zelfs. Schrijven met minder moeite, dat is voor iedereen bereikbaar.
Nu wil ik zo graag dat basisscholen en middelbare scholen deze boodschap alvast uitdragen aan alle leerlingen. Zodat zij in alle gemoedsrust een stuk leren schrijven en daar plezier aan beleven.
In het volle vertrouwen dat het al schuivend, schavend en schrappend helemaal goedkomt met het schrijfwerk.