“Net voordat ik mijn bedlampje uitknip, begint het. Een doffe, onregelmatige beat, zuigende, elektronische geluidseffecten en een bliepende melodielijn klinken dwars door het Japanse rijstpapier dat mijn plafond heet.”
Met deze woorden beschreef Renske de Greef ooit in een column in NRC hoe haar bovenbuurman zijn muziek aanzette.
In enkele zinnen schept ze een sfeer van geluiden, die je als lezer bijna in je eigen oren hoort klinken. Het krokante woord ‘Japanse rijstpapier’ voor haar plafond doet de rest: je ziet voor je hoe Renske een slapeloze nacht tegemoet gaat.
Renske gebruikt zinnenprikkelende woorden.
Dat zijn 'snoepjes' voor de lezer, die vertellen hoe iets oogt, voelt, klinkt of smaakt. Op die manier zie je snel een beeld voor je, waardoor je je ook gemakkelijk in haar kan verplaatsen.
Dat beeld is zo krachtig, dat je vrij gemakkelijk onthoudt en na vertelt.
In het dagelijkse leven gaat het meestal anders. Als je over een belevenis vertelt, gebruik je waarschijnlijk woorden als gaaf, leuk, fantastisch of mooi.
De luisteraar weet dat je het naar je zin hebt gehad, maar verder? Ziet hij een beeld voor zich van wat jou zo opgetogen maakte?
Nee.
Algemene (en daardoor vage) woorden leiden bovendien snel tot misverstanden.
Iedere luisteraar moet deze woorden namelijk met zijn eigen associaties invullen. Wat jij 'fantastisch' vindt, kan een ander als tamelijk gewoontjes beschouwen.
Niet alleen onze kwalificaties zijn vaag, de rest van ons taalgebruik is zo mogelijk nog abstracter. We strooien gul met woorden als crisis, macht, relatie, energie, klimaat, transport, verbinding en vertrouwen.
Allemaal termen die we niet kunnen waarnemen met onze zintuigen en die dus geen beelden oproepen.
Wil je een verhaal vertellen dat beklijft?
Dan kun je beter concreet zijn, zodat je voor de ander het precieze plaatje schildert. Onze hersenen zijn namelijk gek op beelden.
- Gebruik liever niet het woord klimaat, maar verzengende hitte of een plensbui.
- Geen transport, maar een ritje met een rammelende stadsfiets of op een Harley Davidson.
- Geen relaas over het belang van efficiency, maar concrete voorbeelden: ‘Als je even overlegt met je collega voordat de brief verstuurd wordt naar de klant, voorkom je veel gezeur achteraf.’
Nog concreter maak je je tekst als je een beeld inkleurt met een verhaal. Die bovenbuurman, daar ergerde Renske zich rot aan. Maar in plaats van zich te blijven ergeren, kan ze ook even bij hem aankloppen.
Niet om te melden dat ze zijn lawaai 'verschrikkelijk' vindt. Wel om te vertellen hoe de bonkende dreunen haar ’s nachts uit haar slaap houden.
En hoe ze niets liever wil dan haar donzen dekbed over haar heen trekken om weg te sukkelen in een zachte slaap. Morgen wil ze immers fris haar bed uit om een nieuwe column te schrijven.
Hij snapt het en draait de geluidsknop een flink stuk lager. Renske haalt hoorbaar adem van opluchting en stommelt de trap af.
Zinnenprikkelend schrijven doe je zo:
1. Maak een mindmap met associaties
Verzamel in een mindmap allerlei associaties. Het woord taal doet je bijvoorbeeld denken aan ballpoint, scheldpartij, poëzie, schooljuffrouw, dictee, et cetera. Deze associaties verwerk je in een tekst.
Wat voor zinnen dat oplevert, laat de Amerikaanse journalist Malcolm Gladwell zien. In zijn boek Uitblinkers verwerkt hij pareltjes: Zijn zinnen marcheerden naar buiten, opgepoetst en kordaat als soldaten tijdens een parade.
2. Vraag naar specifieke details
Als je een persoon interviewt, wees dan alert op het verzamelen van zoveel mogelijk concrete informatie.
Praat je gesprekspartner in abstracte begrippen, vraag dan door.
- U zegt 'fantastisch', maar wat bedoelt u precies?
- Kunt u dat illustreren met een voorbeeld?
- Hoe moet ik dat voor mij zien?
Hoe specifieker de details, hoe geloofwaardiger en herkenbaarder je teksten.
3. Ondervind het zelf
Als je een stuk schrijft over een bepaalde gebeurtenis of plek, is het natuurlijk het allerbeste om persoonlijk er naar toe te gaan. Ga niet alleen kijken, maar ook ruiken, proeven, luisteren en voelen. Ook dat maakt je verhaal super herkenbaar en geloofwaardig.
Verwerk je eigen zintuiglijke ervaringen in je stuk totdat je lezer al spartelend naar adem hapt. Namens al je toekomstige lezers alvast hartelijk dank.