Schrijven is in het hoofd kruipen van je lezer. Hoe beter je weet wat er werkelijk speelt, hoe beter je stuk.
Veel schrijvers tuimelen in dezelfde valkuil.
Ze hebben een leuk onderwerp te pakken. Of ze willen een dringende boodschap de wereld in helpen. En dan gaan ze meteen - hup - aan de slag.
Klinkt voortvarend. Maar ze slaan een essentiële stap over.
Ze vergeten zich te verdiepen in de lezer.
En wat doe jij als je begint te schrijven?
Weet je dan wat er werkelijk speelt bij je lezers? Begrijp je precies waar ze over twijfelen, al geven ze dat niet snel toe? Snap je waarover zich zouden willen uitspreken en waarom ze dat nog steeds niet doen...?
Schrijven is in het hoofd van je lezers kruipen.
Zodra je weet wat zij belangrijk vinden en waarover ze zich (heimelijk) druk maken, sluit je daar als schrijver bij aan. Dikke kans dat je lezers dat verhaal volledig herkennen en geïnteresseerd zijn in meer.
Gemakkelijk om vanuit je lezer te schrijven?
Helaas niet, want in de praktijk valt het vaak tegen. Deelnemers aan mijn trainingen bestempelen het gedeelte over de ideale lezer als een van de lastigste onderdelen.
Want ze hebben geen idee wat hun ideale lezer uit de slaap houdt. Of waar ze eigenlijk naar verlangen als ze zeggen dat ze rusteloos zijn. Een meditatiematje? Hulp om de administratie te ordenen? Of een jaarprogramma om de focus terug te vinden?
Sommigen kieperden dit onderdeel het liefst uit de training.
Achteraf dachten ze daar (gelukkig) anders over.
Want als je je ideale lezer door en door kent, gebeurt er iets wonderbaarlijks.
Je hoeft niet meer eindeloos op de delete-knop te drukken, omdat je het gevoel hebt dat 'het' er nog niet precies staat. Nee, je weet het juist wél, waardoor je moeiteloos de juiste woorden weet te vinden.
Hoe ontdek je wat er dieper speelt bij jouw lezers?
Door met je lezers in gesprek te gaan. Maar dan ben je er nog niet, want de verleiding is groot om naar concrete problemen te vragen.
Dat levert zelden goede antwoorden op. Groot probleem is namelijk dat je de ander naar het verhaal stuurt dat je zelf al in je hoofd hebt. Of je ontmoedigt (onbewust) afwijkende opvattingen, terwijl die vaak verhelderend zijn.
Zo ontdekte ik eens dat een klant van mij zich schaamde omdat ze nooit haar eigen keuzes had gemaakt. Zonder een ongebruikelijke vraag had ze dat nooit op tafel gelegd.
De valkuil van een goed gesprek is niet onwetendheid, maar vooral dat je dénkt dat je het weet.
Daarom heb ik een concrete tip voor je gesprek.
Vraag naar een concrete gebeurtenis van de afgelopen week. Dat is alles. Hiermee stimuleer je iemand om een persoonlijk verhaal te vertellen dat ie nog vers in zijn hoofd heeft zitten.
Wacht geduldig af, want er komt altijd wel wat. Luisteren is ontvankelijkheid, zegt schrijfster Nathalie Goldberg hierover.
Vervolgens vraag je door als iemand vertelt over een ergernis of iets wat je lezer bijzonder blij gemaakt heeft. Want zodra er emoties voelbaar zijn, weet je dat er een vonkje sluimert bij je gesprekspartner. Dan gaat het over iets dat echt belangrijk is voor je lezer.
Voordat je een verhaal schrijft met plakkracht, ga je eerst luisteren.